Een betere samenleving? Geef jongeren de macht

Waarom zijn we vaak zo zwaarmoedig over onze samenleving? Hoe komt het dat ‘we’ zo vaak proberen om anderen de les te lezen? En waarom verzetten we ons zo tegen het idee dat vrijheid beter is dan onvrijheid? Simpel, omdat het zwaartepunt van de besluitvorming in onze samenleving bij de ouderen ligt, schrijft politicoloog Menno Hurenkamp. Kortom, bij generaties die steeds weer vervallen in nostalgisch gezeur en overdreven pessimisme. Maar hoe moet het dan? Hurenkamp: Geef jongeren de macht.
Het publieke debat over individualisering en egoïsme en alle aanverwante termen bestaat vooral uit gezeur dat we kennen onder de naam: nostalgie. De moderne mens oefent al een paar honderd jaar hoe zichzelf als individu te begrijpen. Dat taakje is ontstaan naarmate duidelijker werd dat het Toezicht van Boven op zijn best abstract en op zijn slechtst afwezig is. Je verstand gebruiken en tegelijk denken dat er een ‘iets’ of ‘wezen’ is dat met een zakrekenmachine niet alleen je zonden bijhoudt, maar zelfs een heel plan voor de aarde, dat gaat moeizaam.
Dwingelandjes
De moderne mens neemt daardoor al enige tijd niet meer voetstoots aan wat koningen, priesters, presidenten of directeuren te melden hebben. Hij vindt zichzelf ook met enige regelmaat belangrijker dan ieder ander. Bijvoorbeeld als het gaat om poen of plezier. Graaien in geld en aandelen of zuipen en feesten op het strand: ongeremd gedrag is al eeuwenlang een Godsgeschenk voor wie wil deelnemen aan het publieke debat maar op zoek is naar een thema. Met wat nauwkeurig gekozen vervelende voorbeelden van egoïsme in de hand, staan er altijd wel dwingelandjes klaar om uit te leggen dat het beter is wanneer God terugkeert in de samenleving of wanneer meer geluisterd wordt naar Het Gezag.
Misschien interessant: Is kiezen voor jezelf egoïstisch?
Je kunt jezelf alleen maar als individu begrijpen in een sociale context, stelt Menno Hurenkamp. Er komt eerder méér dan minder samenleving door de individualisering.
Ons leven nu fijner dan ooit
Wat men over het hoofd ziet is je dat je jezelf alleen maar als individu kunt begrijpen in een sociale context. Er komt door de individualisering eerder méér dan minder samenleving: je moet aan het werk met je medemensen, want iets anders is er niet. Wie religie daarbij wil laten bemiddelen staat dat vrij. Echter, ook het geloof is maar een taal en geen tovenarij. Waar het om gaat is dat wie tegen zijn spiegelbeeld praat zelfs niet ver komt als taxichauffeur, zoals Robert de Niro laat zien in de film Taxi Driver (1978). ‘Ja, precies!’, denken pessimisten nu: ‘dat verhaal over Taxi Driver laat zien hoe ziek de moderne samenleving is’.
“Er komt door de individualisering eerder méér dan minder samenleving: je moet aan het werk met je medemensen, want iets anders is er niet”
Eh, nee. In dit verband moet gewezen worden op de onuitputtelijke voorraad serieus onderzoek waaruit blijkt dat mensen nu gelukkiger en gezonder zijn dan vijftig jaar geleden, dan honderd jaar geleden en dan tweehonderd jaar geleden. Het gaat daarbij dus niet om halve weetjes over depressie of aantallen scheidingen, gevist uit de LINDA of Reader’s Digest, door zelfbenoemde dominees om hun slinkende achterban te kietelen. Maar het gaat wel om de serieuze databases van de VN, de WHO, het CBS of het SCP, waaruit blijkt dat ons leven nu fijner is dan ooit. En dat dit ondubbelzinnig samenhangt met de mate van vrijheid die we genieten in ons dagelijks leven. En ook wel de afwezigheid van pest, malaria, lijfstraffen en 18-urige werkdagen.
Wie tegen zijn spiegelbeeld praat, komt zelfs niet ver als taxichauffeur, liet Robert de Niro zien in de film Taxi Driver (1978). Anders gezegd: wie altijd bezig is met z’n eigen gelijk, verkleint de wereld waarin hij leeft.
Vrijheid beter dan onvrijheid
Het inzicht dat vrijheid beter is dan onvrijheid, is soms lastig te rijmen met onze eigen ervaringen, niet alleen voor mensen maar ook voor politici. Een inbraak in de buurt, een ongelukkige vriend of vriendin, een kennis met een kind dat niet wil deugen of een rotervaring in het eigen bestaan. Het wordt allemaal snel aangegrepen door politici of ‘opiniemakers’ als bewijs dat de samenleving ziek, zwak en misselijk is. En dat dus het vijf voor twaalf is voor de sociale cohesie, het vertrouwen en de binding. En dat daarom de burgers meer moeten luisteren naar de politiek, naar God of diens dienaren of, als het echt niet anders kan, naar hun eigen geweten.
“Het is misschien goed onder ogen te zien dat veel van het handenwringen over egoïsme of individualisering het product is van oudere mensen. Niet van twintigers of dertigers, maar van vijftigers”
Medicijnen tegen zwaarmoedigheid
Het is niet dat de wereld nu perfect is, verre van. Migratie, klimaat en het mondiaal kapitalisme vragen om dringende aandacht. Maar zorgen over de vraag ‘of we nog wel van elkaar houden’, ‘of we wel zonder God kunnen’ en andere slecht gedefinieerde ‘kwesties’ zijn al een paar eeuwen oud. En, laten we eerlijk zijn, de antwoorden klinken sleets. Dat is geen groot probleem, maar we kunnen onze energie beter gebruiken. Het is misschien goed onder ogen te zien dat veel van het handenwringen over egoïsme of individualisering het product is van oudere mensen. Niet van twintigers of dertigers, maar van vijftigers die grommend constateren dat zelfs nostalgie niet meer is wat ze was. Nostalgische mensen het spreken beletten reikt misschien wat ver. Maar er zijn ook wel andere medicijnen tegen overdreven zwaarmoedigheid.
Lees ook: Zo’n burn-out, dat is toch niets voor jou?
Niet jongeren, maar vooral vijftigers klagen over egoïsme of individualisering. Moeten zij dus de generatie zijn die de toekomst van ons land en onze samenleving bepaalt?
Overschot aan levenservaring?
Te overwegen is eens goed naar de toegang tot de stembus te kijken. En je af te vragen of het zwaartepunt van besluitvorming moet liggen bij mensen die het grootste gedeelte van hun leven achter zich hebben, zoals nu het geval is. Of dat de keuzes voor de toekomst eerder moeten liggen bij mensen die het grootste gedeelte van hun leven nog voor zich hebben. Anders gezegd, we redeneren nu dat je het stemrecht verwerft door een bepaalde levenservaring op te bouwen. Maar je kunt je ook afvragen of mensen niet een overschot aan levenservaring kunnen opdoen, waardoor verlangen naar het verleden en restauratie de toon gaan zetten.
“Te overwegen is eens goed naar de toegang tot de stembus te kijken. En je af te vragen of het zwaartepunt van besluitvorming moet liggen bij mensen die het grootste gedeelte van hun leven achter zich hebben”
Stel dat meer jonge mensen en minder oude mensen stemmen, doordat we de drempel van het kiesrecht niet vanaf 18 tot je dood maar tot van je geboorte tot 50 leggen? En dat je na je 50e er maar op moet vertrouwen dat je de generaties na je genoeg wijsheid hebt overgedragen? Dan kan ik nog zeker twee keer stemmen!
Leestips
Wil je meer onderbouwing bij het bovenstaande artikel? Dan beveelt de schrijver je de volgende boeken aan:
* J.W. Duyvendak en M. Hurenkamp (red.) – Kiezen voor de Kudde. Lichte gemeenschappen en de nieuwe meerderheid (2004, Van Gennep Amsterdam);
* M. Hurenkamp en M. Kremer (red) – Vrijheid verplicht. Keuzevrijheid in de verzorgingsstaat (2006, Van Gennep Amsterdam);
* M. Hurenkamp – De kleine pijn van de vooruitgang (2008, Van Gennep Amsterdam);
* M. Hurenkamp Met opgeheven hoofd. Sociaal burgerschap aan het begin van de 21e eeuw (2017, Van Gennep Amsterdam).
Mijn contacten met jonge mensen zijn vaak heel bemoedigend. Ze zeggen open en eerlijk hoe zij dingen beleven en waarnemen. Ze zijn niet gehinderd door de drang om zichzelf te promoten. En willen vanuit hun manier van leven onze samenleving vaak socialer van inhoud maken dan menige mens, die groot geworden is
Mijn contacten met jonge mensen zijn vaak heel bemoedigend. Ze zeggen open en eerlijk hoe zij dingen beleven en waarnemen. Ze zijn niet gehinderd door de drang om zichzelf te promoten. En willen vanuit hun manier van leven onze samenleving vaak socialer van inhoud maken dan menige mens, die groot geworden is