Geloof in Nederland: wat zeggen de cijfers?

Geloof in (een) God is op z’n retour in Nederland. Sterker nog, we zijn het minst religieuze land van West-Europa, bleek onlangs uit onderzoek van een Amerikaanse onderzoekscentrum. Zowat de helft van de Nederlanders (48%) noemt zichzelf atheïst, agnost of niet-religieus. En slechts 12% van de Nederlanders bezoekt een á twee keer per maand een kerk. Kortom, we geloven minder en zijn minder religieus. Maar zijn er meer onderzoeken waaruit dit blijkt? En hoe zit het precies met het geloof van jongeren? We zetten wat cijfers en conclusies voor je op een rij.
De KRO kwam in 2016 met cijfers die lijken op die van het hierboven genoemde Amerikaanse Pew Research Center. Het gaat om de uitkomsten van het onderzoek ‘God in Nederland’, dat sinds 1966 elke tien jaar wordt uitgevoerd. Uit het onderzoek bleek dat een overgrote meerderheid van de Nederlanders (82%) nooit of bijna nooit meer in de kerk komt. Nog maar 14% gelooft in een persoonlijke God. Bijna een kwart van de ondervraagden noemt zichzelf atheïst, dat was in 2006 nog 14%. Het aantal agnosten nam ook toe van 26% naar 34% Daarmee zijn de ‘ongelovigen’ (atheïsten en agnosten) voor het eerst in de geschiedenis van dit onderzoek in de meerderheid: 58%. Het aantal ‘ietsisten’ (mensen die wel geloven in ‘iets’ of een hogere macht) is gedaald van 36% naar 28%.
Het geloof van jongeren
Dan wat cijfers over het geloof van jongeren. Volgens het CBS beschouwde in 2017 41% van de jongeren van 18 tot 25 jaar zich als godsdienstig. In 2010 was dit nog 49%. Van de minderjarige jongeren (15-18 jaar) noemt 45% zich godsdienstig, tegen 51% vijf jaar geleden. Opmerking: er is de jongeren niet gevraagd in welke godheid zij geloven. De meeste jongeren zijn dus niet godsdienstig. Van de jongeren rekent zo’n 28% zich tot het christendom en 8% tot de islam. Van de christelijke jongeren beschouwt 17% zich als katholiek en 11% als protestants-christelijk. Tot slot geeft 5% van de ondervraagde jongeren aan tot een andere religie of levensbeschouwelijke stroming te behoren. Voorbeelden van zulke religies zijn het jodendom, hindoeïsme of boeddhisme.
“De meeste jongeren zijn dus niet godsdienstig. Van de jongeren rekent zo’n 28% zich tot het christendom en 8% tot de islam”
Kun je blij zijn zonder religie? Dat was één van de vragen aan de deelnemers van het Europese onderzoek ‘Generation what?’ Jongeren vanaf 16 jaar uit verschillende landen – ook Nederland – deden mee aan dit onderzoek. In de leeftijdsgroep 18-15 jaar antwoordt 83% met ja op deze vraag en 17% met nee. In de leeftijdscategorie 16-17 jaar antwoordt 78% met ja en 22% met nee. En in de leeftijdscategorie 26-34 jaar antwoordt 87% met ja en 13% met nee. Van alle jonge mensen tussen 16 en 34 jaar kan dus een klein percentage niet zonder geloof, de rest wel.
De meeste jongeren die deelnamen aan het Europese onderzoek ‘Generation what?’ gaven aan prima te kunnen leven zonder religie.
Achteruitgang van de religieuze praktijk
Dat het geloof en de betrokkenheid bij kerken afneemt onder Europese jongeren, bleek ook uit een gezamenlijke studie van het Katholiek Instituut van Parijs en St. Mary’s Catholic University in Twickenham. De twee instituten onderzochten, op basis van onderzoeken tussen 2002 en 2016, hoe jongeren tussen 16 en 29 jaar bezig zijn met het geloof. “De algemene observatie is dat er in Europa sprake is van een algemene achteruitgang van de religieuze praktijk”, zei theoloog en socioloog Stephen Bullivant daarover. Hij co-auteur van de studie. In zeven van de 21 onderzochte landen – ook in Nederland – gaf meer dan de helft van de ondervraagden aan dat zij nog nooit aan een religieuze dienst hadden deelgenomen.
“De algemene observatie is dat er in Europa sprake is van een algemene achteruitgang van de religieuze praktijk”
Toch geldt voor met name rooms-katholieke kerken in landen als Nederland, Frankrijk, Spanje en het Verenigd Koninkrijk wel, dat de betrokkenheid van kerkgangers bij hun kerk groot is. Het gaat dan om een soort christendom dat gebaseerd is op een onderlinge band, concludeerden de onderzoekers. “Katholieke gemeenschappen (in deze landen, red.) zijn kleiner, maar de personen die zich ertoe rekenen, zijn meer geëngageerd”, aldus theoloog François Moog vanhet Katholieke Instituut van Parijs.
Presentator Jeroen van Koningsbrugge vraagt in het tv-programma ‘Bijdehandjes’ aan kinderen of ze in God geloven. Het leidt tot grappige reacties.
Moslims juist religieuzer
Hoewel Nederland dus beetje-bij-beetje ontkerkelijkt en niet-gelovig wordt, is onder moslims juist een andere tendens te zien. Nederlandse moslims van Marokkaanse en Turkse komaf zijn in de afgelopen jaren namelijk religieuzer geworden. Dat blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Ze bidden vaker, bezoeken trouwer de moskee en een groeiend aantal vrouwen kiest voor het dragen van een hoofddoek.
Nederland leeft in de grote zonden hartelijke groet godszegen de heer jw hagen
En met de handjes tegen elkaar zitten gaat dat helemaal oplossen….
Vanaf 16 jaar , hoe ontstaat dan een groep van 18 tot 15 jaar ?
Ik zie het probleempje , de groep 16 tot 17 had eerst benoemd moeten worden en dan de groep 18 tot 25 jaar.
Overlapping is niet mogelijk?
We zitten niet te springen om iemand die ons een nieuwe godsdienst brengt, maar de mensen verlost van de vele godsdiensten en ze op het spoor weet te zetten van Gods geschiedenis en Zijn toekomst met hen.
Op de bijlage treft u de aankondiging aan van mijn boek ”Waarom Eén Geestelijk Huis Daarom”, dat inmiddels verschenen is,waarvan ik hoop dat de inhoud u aanspreekt.
U kunt het bestellen bij de boekhandel of via Bol.com: Klik (ctrl) hier